We hebben een lastige hersenkraker voor je die al een lange tijd mee gaat, maar voor sommigen nog steeds een opgave is. Weet jij het goede antwoord?
Broers en zussen herinneren elkaar er graag aan wie de oudste is, met alle stereotypes die daarbij komen.
De oudste is verantwoordelijker, slimmer en wijzer; de middelste aanpasbaar en grappig; terwijl de jongste zogenaamd verwend en uitgaand is. Wat daarvan klopt laten we in het midden, vandaag draait het om de onderstaande vraag!
Toen ik vier jaar oud was, was mijn broer half zo oud als ik. Nu ben ik 18, hoe oud is mijn broer?
Deze puzzel is misschien lastiger dan je denkt, dus let goed op. Weet jij het antwoord al? Hieronder hebben wij de oplossing voor je, maar probeer het eerst zelf!
3 …
2 …
1 …
Laten we naar de oplossing kijken. In het begin zegt de persoon dat ‘toen ze vier jaar oud was, hun broer half zo oud was’. Dat betekent dat de broer op dat moment 2 jaar oud was. Het leeftijdsverschil is dus 2 jaar, dat blijft altijd hetzelfde, of ze nu 8 of 80 jaar oud zijn.
Dus de broer is 18 – 2 = 16 jaar oud!
Sommige mensen antwoorden te snel, waardoor ze 18 door 2 delen en 9 jaar oud antwoorden. Had jij wel direct het goede antwoord of was het even lastig? Laat ons weten in de reacties op Facebook wat jouw antwoord is en hoe lang je erover deed!